Dit wordt een moeilijk stukje. Want ik schrijft het naar aanleiding van een tragische gebeurtenis, namelijk het overlijden van een ALS-patiënt, waarover werd bericht in de krant. Een overlijden waarmee de betrokkenen zijn omgegaan op een manier waar ik alleen maar respect voor kan hebben.
Maar tegelijkertijd blijft het artikeltje dat recent berichtte over zijn leven en sterven me bezig houden. Met name trof mij een vorm van lichtzinnigheid die naar ik vrees vrij wijd verspreid is.
Zijn weduwe (40) vertelt dat de laatste jaren samen met haar man waardevol waren. “Het was een soort snelkookpan volwassen worden. We praatten intensief over het leven en wat je ervan verwacht”. Tot die tijd leidden ze een vrolijk leven met veel vrienden, hij als bankier, zij als consultant. Hij kon goed skieën, squashen en golven.
Ja, dacht ik, zo gaat dat dus. Met een beetje geluk blijf je je hele leven lang spelen. Ook deze mensen hadden gerust 65 kunnen worden of nog ouder zonder “intensief over het leven te praten”. Dit impliceert dat hele volksstammen hoogopgeleiden en beter gesitueerden zich spelend naar hun pensioen toe bewegen zonder ooit volwassen te worden.
Als je je dat realiseert wordt het iets begrijpelijker hoe het kan gebeuren dat kringen als die van Rijkman Groenink hun banken op speelse wijze naar de afgrond stuurden en de samenleving naar een crisis. Dat komt regelrecht voort uit een opvatting van het leven als één groot speelveld waarop je je vooral zoveel mogelijk moet uitleven en waarover je niet moeilijk gaat doen. Dat vind ik zorgelijk.
Het gaat mij nu niet om deze mensen van het krantenbericht. Want ik denk dat zij er iets bijzonders van gemaakt hebben. Het gaat mij wel om de lichtzinnigheid van een deel van de hoogopgeleide elite, die tegelijkertijd voor weldenkend wil doorgaan.
Want het is toch schokkend dat een dergelijke tragedie moet toeslaan om überhaupt tot volwassenheid te komen. Missen wij soms wat, in ons opvoedingssysteem?
Zie ook Crisis van hoog en laag